Tip: Heuveltraining
Loop een niet te steile heuvel (of viaduct of brug) in ongeveer drie minuten op. Loop wel even 10 minuten in en doe wat rek- en strekoefeningen. Doe alsof je de berg bespringt, neem grote passen en let op je afzet, niet op snelheid. Dribbel naar beneden en herhaal. Neem dan drie minuten pauze. Nu doe je deel twee van de training: hak de heuvel in vijven en loop elk stuk iets harder omhoog. Herhaal. Tijd om uit te lopen, wat te rekken en tevreden naar huis te gaan.
Tip: Een extra training per week
Een eenvoudige en effectieve manier om sneller te worden met hardlopen: ga een keer extra trainen per week. Als je nu twee keer per week op pad gaat breid je dat uit naar drie, loop je één keer doe dan een tweede training erbij. Sluit je loopjes ook eens af met een paar strides: submaximale sprintjes over ongeveer 100 meter, herhaal twee of drie keer.
Tip: Tempoblokken die (een beetje) pijn doen
Zoek een vlakke en snelle route van ongeveer twee kilometer en loop warm. Dan zet je het op een lopen, twee kilometer lang, iets minder hard dan in een 10 kilometer wedstrijd. Dribbel drie minuten als pauze en ren opnieuw twee kilometer, nu in wedstrijdtempo. Neem weer drie minuten rust en sluit je training af met een derde keer twee kilometer hard, nu weer iets minder hard dan in de wedstrijd. Uitlopen, rekken en strekken, lekker douchen.
Tip: Langer inlopen
Tot slot een hele eenvoudige tip. Loop langer in en je bent beter in staat een hoog tempo vol te houden, ook als je moe wordt. Raffel het inlopen dus niet af in drie of vier minuten maar loop warm in minstens tien minuten. Doe wat Steigerungen voordat je echt begint en krik die snelheid gemakkelijk op. Succes!