Core stability voor hardlopers: het kan beter

Functional stability training

Core stability training, zinvol?

Van core stability training (ook wel rompstabiliteit of kernstabiliteit genoemd) ga je beter hardlopen: je lichaam zakt minder snel in als je moe wordt en bovendien vermindert het de kans op blessures. Zeggen onder andere Pete Pfitzinger (Advanced Marathoning) en Bea Splinter (Oefenstof voor de hardlooptraining). Onzin, zegt sportfysiotherapeut Anton Engels nu. Met core stability oefeningen train je specifieke spieren, geen spierketens. En omdat ons brein slechts motorisch kan leren heeft een oefening op een matje geen effect op de hardloper die weer rechtop staat.

Core stability training: alleen als het functioneel is

Engels was volgens eigen zeggen bijna 19 jaar fan van core stability. Hij ging twijfelen toen in 2009 het artikel The myth of core stability (Ledermann) verscheen. Nu predikt hij een nieuw geloof, met een nieuwe naam: functional stability. Omdat alle spieren aan elkaar vastzitten kun je ze niet los zien en ook niet los trainen. Alleen bodybuilders hebben baat bij het trainen van specifieke spieren.

Functional stability training

Heeft het zin om op een Bosu bal te trappelen of te planken met een Zwitserse oefenbal? Nee zegt Engels, het is immers geen imitatie van de loopbeweging en daarmee zinloos. Tenzij je in Groningen woont, daar beweegt de grond af en toe. Integreer stabiliteitsoefeningen liever in je looptraining, als onderdeel van je loopscholing. Als behandeling van een specifieke klacht kunnen deze hulpmiddelen zinvol zijn, voor de algehele verbetering van je loopprestaties is het echter zinloos. Dat oefeningen voor kernstabiliteit de kans op hardloopblessures verkleinen is volgens Engels bovendien nooit wetenschappelijk aangetoond.

Doelen functional stability training

Wil je functioneel trainen dan dien je je op spierketens te richten, niet op losse spieren. Engels noemt het voorbeeld van basketballers die een tijd lang alleen de bovenbeenspieren extra trainden. Wat bleek? Hun sprongkracht was achteruit gegaan in vergelijking met collega’s die in diezelfde periode al hun beenspieren trainden. Doel van functional stability training is dan ook meer coördinatie, meer kracht en een beter uithoudingsvermogen (in die volgorde).

Core stability en het brein

Ons brein denkt in bewegingen. Training moet dan ook gericht zijn op dezelfde bewegingen die tijdens het hardlopen worden gemaakt. Vervang daarom ‘planken’ door marcheren en ‘de jackknife met een oefenbal’ door lunges. Incorporeer deze oefeningen in je loopscholing, elke 50 meter een nieuwe oefening. Denk aan springoefeningen en een verhoging op en af stappen. Alleen zo maak je je lichaam functioneel sterker en wordt je een betere hardloper. Zegt Anton Engels.